• Funcosil BI

    Art.nr. 063930

    Funcosil BI

    Kleurloze, hydrofoberende impregnering voor beton

    Variant
    0639 | Funcosil BI
    Grootte / hoeveelheid
    Dealer zoeken

    Hier vindt u dealers bij u in de buurt

    Productspecificaties

    In aangeleverde toestand

    Hoedanigheid kleurloos, vloeibaar
    Dichtheid (20 °C) ca. 0,78
    Vlampunt ca. 40
    Uitlooptijd s in DIN 2 beker ca. 44
    Actieve stof silaan/siloxaan
    Werkzame stofgehalte M.-% ca. 20
    Drager gedearomatiseerde koolwaterstof

    De genoemde waarden staan voor typische producteigenschappen en moeten niet als bindende productspecificatie worden uitgelegd.

    Toepassingsgebied

    • voor buiten
    • Bescherming tegen slagregen voor gevels
    • Beton, wasbeton, vezelcement
    • Bescherming tegen indringing van strooizout
    • Bescherming tegen vorst- en dooizoutschade

    Eigenschappen

    • oplosmiddelhoudend
    • Verbetert de vorst-/dooizoutbestendigheid
    • Waterafstotend
    • Dampdoorlatend
    • Goed indringvermogen
    • UV-bestendig
    • Alkalibestendig
    • Uitstekende langdurige werking
    • Oplosmiddelhoudend
    • Werkvoorbereiding
      • Eisen aan de ondergrond

        De ondergrond moet schoon, stofvrij en droog zijn.

      • Voorbereidingen

        Bouwgebreken zoals scheuren, gescheurde voegen, gebrekkige verbindingen, opstijgend en hygroscopisch vocht moeten op voorhand worden weggewerkt.

        De noodzakelijke reiniging: deze dient echter zo vriendelijk mogelijk te worden uitgevoerd, bijv. met koud of warm water of met een hogedrukstoomreiniger. Hardnekkige vervuilingen kunnen verwijderd worden met de Rotec nevelstraaltechniek of met Remmers reinigingsproducten [bijv. Clean SL (0671), Clean FP (0666), Clean AC (0672), Clean WR (0675)].

    • Verwerking
      • verwerkingstemperatuur min. 10°C max. 25°C
      • kwasten/ lagedruk spuiten/ -sproeien
      • Het impegneermiddel drukloos door middel van vloeien vol en zat aanbrengen (verneveling vermijden), zo dat een vloeistoffilm van 30 - 50 cm lang over het oppervlak naar beneden loopt.

        Afgemeten horizontaal van boven naar beneden vloeien en direct met een blokkwast nabehandelen.

        De bewerking meerdere malen (ten minste tweemaal) herhalen (nat in vochtig) totdat geen opname van het impregneermiddel meer is vast te stellen.

        Oppervlakken die niet met een spuit kunnen worden behandeld, steeds met een goed doordrenkte kwast bewerken.

    • Verwerkingsinstructies
      • Aangrenzende bouwdelen en materialen, die niet in contact mogen komen met het product, afdekken.

        Pas behandelde oppervlakken tegen regen, wind, zoninstraling en condensvorming beschermen.

    • Gereedschap / Reiniging
      • kwasten/ lagedruk spuiten/ -sproeien
      • Alle oplosmiddelbestendige lagedruk spuitapparatuur, sproeipomp, voor vloeren ook blokkwast en kwast

      • Het gereedschap moet droog en schoon zijn.

        Na gebruik en bij langere werkonderbrekingen het gereedschap met Verdunning V 101 reinigen.

    • Opslag / Houdbaarheid
      • vorstvrij en koel opslaan/tegen vocht beschermen/verpakking goed sluiten
      • houdbaarheid 24 maand
      • n ongeopende, originele verpakking koel, droog en vorstvrij opgeslagen min. 24 maand.

        Geopende verpakking zo snel mogelijk verwerken.

    • Verbruik
      • totale verbruikshoeveelheid 300 ml - 1000 ml totaal / m²
      • Beton: ca. 0,3 - 0,5 l/m²
        Gasbeton: ca. 1,0 l/m²
        Vezelcement: ca. 0,3 l/m²

      • Het verbruik van het impregneermiddel op een voldoende groot (1 - 2 m²) proefvlak bepalen.

    • Algemene instructies
      • Afwijkingen van actuele normen en regelgevingen moeten afzonderlijk worden overeengekomen.

        Bij de voorbereiding en uitvoering altijd de beschikbare testrapporten in acht nemen.

        Het moet gewaarborgd zijn dat water niet achter de gehydrofobeerde zone kan komen.

        Niet geschikt voor oplosmiddelgevoelige materialen zoals polystyrol of bitumen

        Voorwaarde voor een optimale impregnerende werking is opname van het impregneermiddel; dit is afhankelijk van het poriënvolume en vochtgehalte van het bouwmateriaal.

        In geval van bouwschadelijke zouten, een kwantitatieve zoutanalyse uitvoeren.

        Hoge zoutconcentraties kunnen leiden tot grote schade, die door een impregnering niet kan worden voorkomen.

        Testen van de werking:


        De wateropname van minerale bouwmaterialen kan voor en na de hydrofoberende impregnering met de Funcosil Testplaat resp. met het buisje van prof. Karsten (Funcosil Gevelproefkoffer, Art. Nr. 4954 ) worden verkregen.

        Deze test mag op z'n vroegst 2 weken nadat het hydrofobeermiddel is aangebracht worden gedaan.

    • Verwijderingsinstructie
      • Grotere productresten moeten in de originele verpakking worden afgevoerd in overeenstemming met de geldende voorschriften. Volledig lege verpakkingen moeten worden gerecycled. Mag niet samen met het huishoudelijk afval afgevoerd worden. Niet in de gootsteen werpen. Niet in de riolering lozen.

    Mogelijke systeemproducten