Art.nr. 680211
Taai harde coating
Productspecificaties
In aangeleverde toestand
In uitgereageerde toestand
* Kunstharsmortel 1 : 5 met standaardzand
De genoemde waarden staan voor typische producteigenschappen en moeten niet als bindende productspecificatie worden uitgelegd.
Toepassingsgebied
- Polyurethaancoating voor DIBt-toegelaten systemen voor verblijfsruimtes (AbZ Z-156.605-1487)
Eigenschappen
- Taai harde coating
- Statisch scheuroverbruggend
- Mechanisch belastbaar
- Chemisch belastbaar
- Berijdbaar met palletwagen en vorkheftruck
- In uitgereageerde toestand fysiologisch onschadelijk
-
Werkvoorbereiding
-
Eisen aan de ondergrond
De ondergrond moet voldoende draagvermogen hebben en vormvast, stevig, vrij van losse deeltjes, stof, olie, vet, rubbersporen en andere hechtingsbeperkende residuen zijn.
De ondergrond moet droog zijn.
De gemiddelde hechttreksterkte van het oppervlak moet minstens 1,5 N/mm² (kleinste individuele waarde minstens 1,0 N/mm²) en de druksterkte minstens 25 N/mm² bedragen.
Op een cement ondergrond absoluut een geschikte Remmers epoxy-grondering of epoxy-schraaplaag aanbrengen.
Nadere gegevens vindt u in het actuele technisch merkblad van het betreffende product.
Gietasfalt binnen (AS-IC 10 oder AS-IC 15) met PUR Uni Color gronderen.
Bij werkzaamheden in het kader van de algemene toelating moet de ondergrond aan de eisen voldoen. De hier vermelde systeemproducten gebruiken.
-
Voorbereidingen
Bij gietasfaltvloeren binnen de ondergrond op de juiste wijze, zoals stofvrij stralen of diamant schuren, voorbewerken, zodat aan bovenstaande eisen wordt voldaan.
Vervolgens met PUR Uni Color gronderen respectievelijk egaliseren.
-
-
Bereiding
-
Combiverpakking
De harder (component B) volledig aan de basishars (component A) toevoegen.
Vervolgens het materiaal met een langzaam draaiende, elektrische mixer
(ca. 300 - 400 omwentelingen/min.) vermengen.Het mengsel in een andere emmer overgieten en nogmaals grondig mengen.
Een minimale mengtijd van 3 min. aanhouden.
Sliertvorming duidt op onvoldoende vermenging.
-
Verwerking
-
Verwerkingsvoorwaarden
Materiaal-, omgevings- en ondergrondtemperatuur: min. +10°C tot max. +30°C.
-
Temperatuur Beloopbaar na +8°C 48 uur +12°C 30 uur +20°C 16 uur Hogere temperaturen verkorten, lagere temperaturen verlengen in het algemeen de aangegeven tijden.
-
Gereedschap / Reiniging
-
Getande spaan, verdeelspaan, rubberen vloertrekker, epoxyroller, geschikt mengapparaat
-
Juiste gegevens kunt u in het gereedschapsprogramma vinden.
Gereedschap en eventuele vervuilingen direct terwijl het materiaal nog vers is met Verdunning V 101 reinigen.
Bij de reiniging de beschermingsmaatregelen en voorschriften voor afvalverwijdering in acht nemen.
-
Opslag / Houdbaarheid
-
In ongeopende, originele verpakking koel, droog en vorstvrij opgeslagen min. 12 maand.
-
Verbruik
-
Zie toepassingsvoorbeelden
-
-
Toepassingsvoorbeelden
-
Toepassing Vulgraad met Selectmix 01/03 Verbruik bindmiddel [kg/m²] Verbruik mengsel [kg/m²] Mogelijke tandlijsten Verbruik per mm laagdikte [kg/m²] coating < 1 mm ongevuld 0,8 - 1,0 0,8 - 1,0 nr. 5 coating ca. 1 mm ongevuld 1,2 - 1,5 1,2 - 1,5 nr. 7 1,45 gevulde coating 1 : 0,3 min. 1,2 min. 1,6 nr. 25 1,60 gevulde coating
1 : 0,5 min. 1,5 min. 2,3 nr. 46 1,70 -
Grondering
Het materiaal vol en zat op de gietasfaltondergrond aanbrengen. Met geschikt gereedschap, bijv. rubberen vloertrekker, verdelen en vervolgens met een epoxyroller narollen.
ca. 0,5 kg/m² bindmiddel (afhankelijk van de ondergrond)
-
Egalisatielaag / schraaplaag
Het tot 1 : 0,3 naar gewichtsdelen gevulde materiaal op de goed voorbereide ondergrond aanbrengen en met een geschikte spaan verdelen.
(zie tabel)
-
Coating
Het materiaal op de goed voorbereide ondergrond aanbrengen en met geschikt gereedschap, bijv. getande spaan of getande vloertrekker, verdelen.
Het verbruik is afhankelijk van de ondergrond, temperatuur, vereiste laagdikte en optische eisen.
(zie tabel)
-
Gevulde coating
Het met Selectmix 01/03 gevulde materiaal op de goed voorbereide ondergrond aanbrengen, met een geschikte getande spaan / getande vloertrekker verdelen en eventueel met een prikroller narollen.
De keuze van vulgraad is afhankelijk van de ondergrond, temperatuur en vereiste laagdikte.
(zie tabel)
-
-
Algemene instructies
-
Alle bovengenoemde waarden en verbruiken zijn onder laboratoriumcondities (20°C) met standaardkleuren verkregen. Op locatie kunnen geringe afwijkingen ontstaan.
Op aaneengesloten vlakken alleen materiaal met hetzelfde chargenummer verwerken, omdat anders geringe verschillen in kleur, glans en structuur kunnen ontstaan.
Op basis van de vergelingsneiging, mogelijke kleurafwijking en het vervuilingsgedrag wordt een geschikte gekleurde Remmers topsealer absoluut aanbevolen.
Speciale kleuren, dunne lagen, zand met andere korrelgrootte, alsmede lage temperaturen kunnen de vulgraad van het materiaal verlagen en eventueel het aanzicht beïnvloeden.
Reparaties en herstel aan bestaande oppervlakken leiden tot een zichtbare overgang qua voorkomen en structuur.
Schurende mechanische belasting leidt tot slijtagesporen.
Belasting door voertuigen met metalen en polyamide banden alsmede dynamische puntbelasting kunnen eventueel leiden tot een verhoogde slijtage.
Verdere informatie met betrekking tot de verwerking, systeemopbouw en het onderhoud van de producten vindt u in de nieuwste technische merkbladen en de Remmers systeemaanbevelingen.
-
-
Verwijderingsinstructie
-
Grotere productrestanten conform de plaatselijk geldende voorschriften in de originele verpakking deponeren. Volledig lege verpakkingen kunnen gerecycled worden. Mag niet samen met huisvuil afgevoerd worden. Niet in riolering lozen. Niet in de gootsteen werpen.
-
-
Veiligheid / Regelgeving
-
Alleen voor de professionele verwerker!
Nadere informatie met betrekking tot veiligheid bij transport, opslag en verwerking alsmede afvalverwijdering en ecologie vindt u in de nieuwste veiligheidsinformatiebladen.
-